Taakveld

Bedrag verschil (€)

Toelichting

Samenkracht en burger-participatie

€ 276
€ 26

N
N

Maatschappelijke begeleiding
Op de baten voor maatschappelijke begeleiding is op programma 7 een nadelig saldo ad € 276.000 zichtbaar. Hiertegenover staat op programma 9 een voordelig saldo ad € 222.000. Dit verschil op de programma’s heeft te maken met de verandering in de financiering. Voorheen werden de middelen ontvangen van het COA en verantwoord op programma 7. De middelen voor maatschappelijke begeleiding worden nu achteraf via een decentralisatie-uitkering ontvangen via het gemeentefonds en derhalve verantwoord in programma 9. Het nadelig saldo op de baten ad €54.000 (€276.000 minus €222.000) heeft betrekking op de in de jaarrekening 2017 geraamde ‘nog te ontvangen’ baten van het 4^e kwartaal van 2017. In 2018 zijn deze baten niet ontvangen. Vanwege de overgang van financiering en de aansluiting van de systemen waarop de uitkering wordt gebaseerd, is het nog onzeker in hoeverre de baten van het 4^e kwartaal 2017 ontvangen zullen gaan worden. Eventuele nabetaling zal dan als voordelig saldo in de begroting van 2019 worden verwerkt.

Daarnaast is er op de lasten een nadeel ad € 26.000, dit heeft betrekking op een hogere vaststelling van de subsidie 2017 aan Vluchtelingenwerk.

B
L

I
I

€ 46

V

Onderhoud accommodaties
Het onderhoud aan de gebouwen (wijkaccommodaties) is € 46.000 lager uitgevallen dan oorspronkelijk geraamd. Het voordeel op onderhoud wordt conform de nota reserves en voorzieningen gedoteerd aan de reserve onderhoud gebouwen.

L

I

€ 57

V

Mantelzorg (SD)
Het incidentele voordeel op het budget Mantelzorg bedraagt € 57.000 en is te verklaren door een onderbesteding op het deel voor respijtzorg. In 2018 zijn er met een aantal zorgpartijen overeenkomsten gesloten voor respijtzorg. In de praktijk blijkt het matchen van vraag- en aanbod niet eenvoudig. Dit heeft onder meer te maken met de beperkte beschikbaarheid van bedden en de mate waarin de respijtzorg gepland kan worden. Ook zijn er doelgroepen, zoals mensen met dementie, waarvoor zeer specifiek aanbod noodzakelijk is. Er is veel geïnvesteerd in communicatie over de mogelijkheden onder andere met de casemanagers dementie. In 2019 zal het Buurtzorgpension in Nissewaard de deuren openen. De verwachting is dat hierdoor de aanvragen toenemen. In 2019 zal er eveneens aandacht zijn voor communicatie over de mogelijkheden voor respijtzorg.

L

I

€ 68

V

Opvoedkundig klimaat (SD)
Het voordeel op het budget Opvoedkundig klimaat bedraagt € 68.000,-. De kosten voor het uitvoeringsprogramma jeugd zijn lager dan begroot. Om de transformatiedoelen in het sociaal domein voor jeugd te realiseren, is de verwachting dat de kosten voor preventie in 2019 toenemen. Vandaar dat het om een incidenteel nadeel gaat.

L

I

€ 51
€ 43

N
V

Jeugdgezondheidszorg (SD)

Het nadeel op jeugdgezondheidszorg bedraagt € 51.000,- op de lasten . De subsidieverlening voor het basistakenpakket jeugdgezondheidszorg is gebaseerd op een vastgestelde kindprijs en aantal kinderen 0-19 jaar woonachtig in Nissewaard. Het nadeel is deels te verklaren doordat de kindprijs 2018 met afgerond € 2 per kind is toegenomen. Daarnaast is er extra subsidie verleend voor het aanvullend preventief pakket jeugdgezondheidszorg. Om de transformatiedoelen in het sociaal domein voor jeugd te realiseren is de verwachting dat de kosten voor preventie in 2019 toenemen. Dat maakt dit nadeel structureel.  
Het voordeel op jeugdgezondheidszorg bedraagt € 43.000,- op de baten. Dit komt door een terugvordering op de verleende subsidie 2017 waarmee geen rekening is gehouden in de jaarrekening van 2017.

L
B

S
I

€ 120
€ 50

N
V

Collectief vervoer (SD)
Het incidentele nadeel op het budget Collectief Vervoerbedraagt € 120.000 op de lasten en is ontstaan vanwege de implementatiekosten en begeleidingskosten voor doelgroepenvervoer per 1 januari 2019. Voor een deel wordt dit nadeel gecompenseerd door hogere baten.

Het incidentele voordeel op het budget Collectief vervoer ad € 50.000 op de baten wordt verklaard door doorbelasting van een deel van de implementatiekosten en begeleidingskosten doelgroepenvervoer aan andere gemeenten. Daarnaast heeft een doorbelasting plaatsgevonden van collectief vervoer aan Oudenhoorn vanwege de eerdere grenscorrectie.

L
B

I
I

€ 76

V

Maatschappelijke dienstverlening (SD)
In 2018 is het budget Maatschappelijke dienstverlening niet volledig besteed en is er een voordeel ad € 76.000,-. Bij de tweede tussenrapportage is dit budget reeds naar beneden bijgesteld. Met het Thuis in de Wijk gedachtegoed worden inwoners gestimuleerd om gebruik te maken van voorliggende voorzieningen zoals maatschappelijke dienstverlening. Dit maakt dat dit voordeel incidenteel is.

L

I

€ 59

V

JOT bemensing (SD)
Het voordeel op het budget JOT bemensing ad € 59.000 is ontstaan doordat een zorgaanbieder 0,5 fte in het jeugdondersteuningsteam niet kon invullen. Aangezien deze formatie in 2019 door een andere zorgaanbieder wordt ingevuld, gaat het om een incidenteel voordeel.

L

I

€ 50
€ 50

V
N

Anderstaligen (SD)
Het voordeel op het budget voor Anderstaligen ad € 50.000 is ontstaan doordat projecten uit de notitie ‘Nieuw in Nissewaard’ later van start zijn gegaan. Het betreft een incidenteel voordeel. De resterende middelen worden overgeheveld naar 2019 via de reserve Sociaal Domein.

L
R

I
I

€ 290

V

Herinstroom Wlz (SD)
Het incidentele voordeel op het budget Herinstroom Wlz bedraagt € 290.000,-. Het gaat om cliënten die destijds bij de decentralisatie Wmo/Jeugdwet in de Wmo en de Jeugdwet zijn gekomen. In 2018 zijn deze lasten als een stelpost begroot. De hiermee gepaard gaande lasten behoren onder meer tot de budgetten Jeugd met Beperking, Basis JGGZ en Wmo-begeleiding en worden hier ook op verantwoord.

L

I

€ 551

N

Storting in de reserve SD
Het voordelig saldo op de budgetten van het sociaal domein binnen het taakveld Samenkracht en burgerparticipatie wordt, volgens vastgesteld beleid, gestort in de reserve Sociaal Domein.

R

I

Wijkteams

€ 93
€ 93

V
N

Thuis in de Wijk (SD)
Het voordeel op het budget Thuis in de Wijk ad € 93.000 is ontstaan doordat projecten later van start zijn gegaan en de implementatie van het gedachtegoed nog volop in ontwikkeling is. Het betreft een incidenteel voordeel. Voor Thuis in de Wijk zijn incidentele middelen beschikbaar gesteld. De niet bestede middelen in 2018 zijn overgeheveld naar 2019.   

L
R

I
I

€ 103

V

Innovatie & transformatie (SD)
Het incidentele voordeel op het budget voor Innovatie & transformatiebinnen het sociaal domein ad € 103.000 wordt verklaarddoordat projecten later van start zijn gegaan. De niet bestede middelen in 2018 zijn overgeheveld naar 2019.

L

I

€ 64

V

Implementatie (SD)
Het voordeel op het budget voor Implementatiebinnen het sociaal domeinad € 64.000 is ontstaan doordat projecten later van start zijn gegaan. Het voordeel is incidenteel omdat in 2019 relatief meer projecten vanuit dit budget gedekt zullen worden.

L

I

€ 177

N

Storting in de reserve SD
Het voordelig saldo op de budgetten van het sociaal domein binnen het taakveld Wijkteams wordt, volgens vastgesteld beleid, gestort in de reserve Sociaal Domein.

R

I

Inkomens-voorziening-en

€ 133

V

Uitkeringen BBZ (SD)
Aan de inkomstenkant van de uitkeringen BBZ is een voordeel van € 133.000,-. Dit kan als volgt worden verklaard. In de tweede tussenrapportage is dit budget verhoogd. Dit werd met name veroorzaakt door de ‘buiten invordering stellingen’ van een aantal BBZ vorderingen. Bij de jaarrekening is gebleken dat deze afboeking rechtstreeks afgeboekt dient te worden van de voorziening dubieuze debiteuren. Dit betekent dus dat de verhoging bij de tweede tussenrapportage te hoog is geweest. Het betreft derhalve een incidenteel voordeel.

B

I

€ 265

N

BUIG P-wet uitkeringen (SD)
Op het budget BUIG P-wet uitkeringenis een incidenteel nadeel van circa € 265.000,-. In de tweede tussenrapportage is, op basis van 3% daling van het aantal uitkeringen in 2018, een voordeel gemeld van € 223.000,-. Het aantal uitkeringen is in 2018 daadwerkelijk met ruim 3% gedaald. Echter de gemiddelde prijs van de uitkering was ongeveer € 100 hoger dan waarmee gerekend was bij de prognose bij de tweede tussenrapportage. Als gevolg hiervan is het voordeel in de tweede tussenrapportage te hoog gebleken en is het saldo in de jaarrekening nadelig. Voor 2019 is inmiddels een nieuwe raming gemaakt (zie besluitvorming koersdocument Voorne-Putten Werkt).

L

I

€ 136

N

De dotatie aan de voorziening dubieuze debiteuren (SD)
De incidentele dotatie aan de voorziening dubieuze debiteuren bedraagt € 186.000 en is daarmee fors hoger dan de begrote € 50.000,-. De hogere dotatie wordt vooral veroorzaakt doordat bijna € 200.000 aan BBZ vorderingen buiten invordering is gesteld en dit derhalve van de voorziening is afgeboekt. De hoge buiten invordering stelling van de BBZ vorderingen is een inhaalactie van oude vorderingen van meer dan 10 jaar oud die al eerder afgeboekt hadden moeten worden.

L

I

€ 72

N

Beschut werken nieuwe stijl (SD)
Op het budget Beschut werken nieuwe stijl is een incidenteel nadeel van circa € 72.000,-. In de tweede tussenrapportage is dit budget, op basis van de toen gerealiseerde uitgaven, verlaagd van € 180.000 naar € 50.000,-. In het laatste kwartaal zijn de uitgaven echter fors gestegen.

L

I

€ 40

N

Loonkostensubsidie (SD)
Het nadeel op Loonkostensubsidie bedraagt € 40.000,-. Het aantal personen met een Loonkostensubsidie is in 2018 sterk toegenomen en bedraagt 22 aan het eind van 2018. Door de sterke toename zijn de kosten hoger dan begroot. De verwachting is dat de sterke toename van personen met een loonkostensubsidie zich de komende jaren voortzet. Het gaat dus om een structureel nadeel. Dit instrument wordt vaker ingezet met als doel de uitgaven binnen het BUIG te verlagen.

L

S

€ 35

N

Individuele minimatoeslag (SD)
De uitgaven aan Individuele minimatoeslag zijn circa € 35.000 hoger dan begroot en dan de realisatie in 2017. Door een toename van het bereik, waar de gemeente expliciet op heeft ingezet, en een vereenvoudigde (digitale) aanvraagprocedure ontvingen meer personen een individuele minimatoeslag. Het gaat om een structurele toename van de lasten.

L

S

€ 119

V

Extra middelen armoede (SD)
Via de doeluitkering Schulden & Armoede zijn extra middelen armoede ontvangen. Deze zijn in 2018 nog niet bestemd en zullen worden meegenomen in het nieuwe minimabeleid dat in 2019 wordt vormgegeven. Om deze reden is er een incidenteel voordeel in 2018 ad € 119.000,-.

L

I

€ 296

V

Onttrekking aan de reserve SD
Het nadelig saldo op de budgetten van het sociaal domein binnen het taakveld Inkomensvoorziening wordt, volgens vastgesteld beleid, onttrokken aan de reserve Sociaal Domein.

R

I

Begeleide participatie

€ 241

N

Groepsbegeleiding (SD)
Het nadeel op Groepsbegeleiding bedraagt circa € 241.000,-. Vanaf medio 2018 is het aantal gedeclareerde uren met gemiddeld 15% toegenomen wat leidt tot een toename van de lasten. Deze toename ontstaat onder andere door de vergrijzing. Daarnaast hebben de ketenregisseurs dementie (zorgaanbieders) in de tweede helft van 2018 de wachtlijsten aangepakt wat mede tot een toename van groepsbegeleiding heeft geleid. Het gaat om een structurele toename van de lasten.

L

S

€ 241

V

Onttrekking aan de reserve SD
Het nadelig saldo op de budgetten van het sociaal domein binnen het taakveld Begeleide participatie wordt, volgens vastgesteld beleid, onttrokken aan de reserve Sociaal Domein.

R

I

Arbeids-participatie

€ 32

V

ID-banen (SD)
Op de ID-banen bestaat een incidenteel voordeel van circa € 32.000,-. Het aantal ID-banen is in 2018 gedaald van 2 naar 1, hierdoor daalden de kosten. De verwachting is dat in 2019 de laatste ID-er uitstroomt vanwege pensioengerechtigde leeftijd.

L

I

€ 61

N

Garantiebanen (SD)
Het nadeel op het budget Garantiebanen bedraagt € 61.000,-. Op basis van de gegevens van de eerst drie kwartalen is het budget van garantiebanen in de 2^e tussenrapportage naar beneden bijgesteld.  In het laatste kwartaal zijn de lasten voor garantiebanen echter toegenomen, dit is te relateren aan:
1. een wijziging van een doorbelasting van een garantiebaan van het formatiebudget naar het budget garantiebanen;
2. een achterstand in de betaalde loonkostensubsidies;
3. een contract van een medewerker loopt vanwege omstandigheden nog tijdelijk door, terwijl op deze plek een nieuwe garantiebaan is gerealiseerd. Dit zorgt voor een tijdelijke dubbele belasting van het budget.
Om deze redenen is het bijgestelde budget uiteindelijk niet voldoende gebleken (een nadeel van € 61.000). De middelen voor garantiebanen maken onderdeel uit van het Sociaal Domein (per saldo in de jaarrekening dus geen nadeel). Voor 2019 en verder zullen de uitgaven jaarlijks stijgen om aan het quotum te voldoen.

L

I

€ 54

V

Re-integratie trajecten (SD)
Op het budget Re-integratie trajecten is een incidenteel voordeel van circa € 54.000,-. Dit wordt veroorzaakt doordat er naast de werkleer trajecten minder overige externe re-integratietrajecten zijn ingezet dan verwacht. In 2019 wordt een stijging van de uitgaven verwacht door bijvoorbeeld de ontwikkeling van de leerlijnen.

L

I

€ 30

V

Toets taaleis (SD)
Het incidentele voordeel van € 30.000 op het budget Toets taaleisis mede ontstaan doordat kosten voor taaltrajecten ook geboekt zijn op het incidentele budget anderstaligen en op het budget volwasseneneducatie.

L

I

€ 67
€ 373

V
B

ESF subsidie (SD)
Voor de ESF subsidie zijn in de jaarrekening 2017 en in de jaarrekening 2018 ‘nog te ontvangen’ bedragen opgenomen. De daadwerkelijke baten van de ESF subsidie worden namelijk achteraf ontvangen. De uitgaven op het ESF budget bedragen in 2018 € 386.000. De middelen zijn ingezet voor re-integratiewerkzaamheden. Tegenover een begroot bedrag ad € 453.000 is er dus sprake van een onderbesteding op de lasten ad € 67.000.
Daarnaast is er een voordeel ad € 373.000 op de baten. Dit heeft betrekking op de nog te ontvangen middelen voor de ESF subsidie 2^e tranche. Deze subsidie heeft betrekking op de periode 2017-2019. Er is voor deze ESF subsidie nog geen voorschot ontvangen. Aangezien de subsidie betrekking heeft op 2017/2018 wordt met de te ontvangen baten wel rekening gehouden in de jaarrekening.

L
B

I
I

Doorbelasting formatie SD
De doorbelasting van formatie aan de gemeente Brielle ad € 41.000 is begroot in programma 7 (nadeel ad € 41.000) en in de realisatie verantwoord in programma 9 (voordeel ad € 41.000). Per saldo is deze post neutraal.

B

I

€ 542

N

Storting in de reserve SD
Het voordelig saldo op de budgetten van het sociaal domein binnen het taakveld Arbeidsparticipatie wordt, volgens vastgesteld beleid, gestort in de reserve Sociaal Domein.

R

I

Maatwerk-voorziening-en (WMO)

€ 42

V

Individuele vervoersvoorzieningen (SD)
Het budget voor individuele vervoersvoorzieningen is bestemd voor het vervoeren van personen, die vanwege bepaalde redenen niet met het collectief vervoer kunnen reizen. Dit budget is in de tweede tussenrapportage verhoogd met € 35.000 vanwege een toename in de kosten voor o.a. op maat gemaakte rolstoelen en scootmobielen (valt buiten de raamovereenkomst). Aangezien deze lasten inmiddels zijn verantwoord onder het budget voor hulpmiddelen (voortschrijdend inzicht) ontstaat het incidentele voordeel van € 42.000,-.

L

I

€ 170

N

Hulpmiddelen (SD)
Het nadeel op Hulpmiddelen bedraagt € 170.000,-. Dit komt onder andere doordat zorgaanbieders een bedrag ad € 70.000 voor oude jaren hebben gedeclareerd (incidenteel nadeel). Daarnaast is de vraag vanwege de vergrijzing structureel toegenomen.

L

S

€ 136

V

Onttrekking aan de reserve SD
Het nadelig saldo op de budgetten van het sociaal domein binnen het taakveld Maatwerkvoorziening Wmo wordt, volgens vastgesteld beleid, onttrokken aan de reserve Sociaal Domein.

R

I

Maatwerk-dienstverle-ning 18+

€ 155

V

Eigen bijdrage Wmo (SD)
De begroting 2018 voor de eigen bijdragen Wmo is, op basis van de realisatie 2017, verlaagd naar € 1.250.000,-. In 2018 is echter € 1.405.000 aan eigen bijdragen ontvangen. Het hiermee gepaard gaande voordeel van € 155.000 ontstaat omdat in de jaarrekening 2017 geen rekening is gehouden met ‘nog te ontvangen bedragen’. Hierdoor zijn baten uit 2017 in de jaarrekening 2018 verantwoord. Aangezien in de jaarrekening 2018 wel ‘nog te ontvangen bedragen’ zijn opgenomen, gaat het om een incidenteel voordeel.

B

I

€ 167

N

Huishoudelijke hulp (SD)
Het nadeel op het budget Huishoudelijke hulp bedraagt € 167.000,-. In november en december 2018 is het aantal uur met gemiddeld 4% toegenomen t.o.v. de rest van het jaar. Dit is mogelijk te verklaren als voorloper van de aanzuigende werking als gevolg van de invoering van het maximale tarief van € 17,50 per 4 weken in 2019 en van € 19 per maand voor het abonnementstarief in 2020. Het gaat hierbij om een structureel nadeel.

L

S

€ 227

N

Individuele begeleiding (SD)
Het nadeel op het budget Individuele begeleiding is € 227.000,-. Vanaf medio 2018 zijn het aantal gedeclareerde uren met gemiddeld 17% toegenomen wat leidt tot een toename van de lasten. Dit komt grotendeels door een toename in meer complexe problematiek. Het gaat hierbij om een structureel nadeel.   

L

S

€ 34

N

Individuele begeleiding speciaal (SD)
Het incidentele nadeel op het budget Individuele begeleiding speciaal is per saldo € 34.000,-. Hierbij is aan de orde dat enerzijds de realisatie 2018 hoger is dan begroot en dat er anderzijds een voordeel is op de ‘nog te betalen en de nog te ontvangen post’ in de jaarrekening 2017. Dit komt grotendeels door een toename in meer complexe problematiek.    

L

I

€ 81

V

Complexe trajecten (SD)
Het voordeel op Complexe trajecten is € 81.000,-. Dit budget is lastig te prognosticeren omdat dit bestemd is voor voorzieningen die op maatwerk worden ingekocht. Vooralsnog gaat het hier om een incidenteel voordeel.

L

I

€ 37

N

PGB kortdurend verblijf (SD)
Het nadeel op kortdurend verblijf bedraagt € 37.000,-. Hierbij gaat het om een vorm van respijtzorg. Het PGB kortdurend verblijf verloopt niet via de Sociale Verzekerings Bank (SVB). De gemeente betaalt het PGB kortdurend verblijf rechtstreeks aan de cliënt. In de begroting 2020 wordt respijtzorg en het bijbehorend budget apart begroot.

L

S

€ 111

N

PGB Begeleiding (SD)
Het incidentele nadeel op het budget PGB Begeleiding bedraagt € 111.000,-. Enerzijds is conform de landelijke trend het aantal PGB’s afgenomen en anderzijds is de gemiddelde besteding per PGB toegenomen. Per saldo geeft dit een nadeel van € 111.000,-. Vooralsnog betreft dit een incidenteel nadeel.

L

I

€ 270

V

PGB Beschermd wonen (SD CT)
Het voordeel op het budget PGB beschermd wonen bedraagt € 266.000,-. Het budget voor PGB beschermd wonen is gebaseerd op de prognose van de Sociale Verzekerings Bank (SVB). Uit de bijgestelde prognose van de SVB blijkt dat er minder budget nodig is, dit betreft de optelsom van: de stijging van de uitnutting van de PGB’s met 1%; de daling van het aantal budgethouders met 14% en de stijging van het gemiddeld bedrag per budgethouder met 5%. De totale PGB bestedingen zijn met 9% gedaald. De verwachting is dat dit voordeel structureel is.

L

S

€ 291

V

Onttrekking aan de reserve SD
Het nadelig saldo op de budgetten van het sociaal domein binnen het taakveld Maatwerkdienstverlening 18+ wordt, volgens vastgesteld beleid, onttrokken aan de reserve Sociaal Domein.

R

I

€ 270

N

Storting in de reserve SD CT
Het voordelig saldo op de budgetten van het sociaal domein centrumtaken binnen het taakveld Maatwerkdienstverlening 18+ wordt, volgens vastgesteld beleid, gestort in de reserve Sociaal Domein centrumtaken.

R

I

Geëscaleer-de zorg 18+

€ 75

V

Eigen bijdrage beschermd wonen (SD CT)
Het voordeel op de eigen bijdrage beschermd wonen bedraagt € 75.000,-. Cliënten betalen een eigen bijdrage voor beschermd wonen. Op basis van de realisatie 2017 en de verwachte stijging van het aantal cliënten in 2018 was het budget eigen bijdrage verhoogd van € 500.000 naar € 850.000,-. De realisatie 2018 bedraagt € 925.000,-. Het hiermee gepaard gaande voordeel van € 75.000 ontstaat omdat in de jaarrekening 2017 geen rekening is gehouden met ‘nog te ontvangen bedragen’. Hierdoor zijn baten uit 2017 in de jaarrekening 2018 verantwoord. Aangezien in de jaarrekening 2018 wel ‘nog te ontvangen bedragen’ zijn opgenomen, gaat het om een incidenteel voordeel.

B

I

€ 40
€ 96

N
V

Beschermd wonen (SD CT)

Het voordeel op beschermd wonen bedraagt per saldo € 55.794,-. Het incidentele nadeel op de lasten bedraagt € 40.256,-. Dit bestaat grotendeels uit nabetalingen over voorgaande jaren en de dekking voor maatwerkvoorzieningen beschermd wonen. Het voordeel op de baten bedraagt € 96.050,-. Dit bestaat grotendeels uit terugvorderingen van subsidies over het jaar 2017. Het gaat hierbij om incidentele baten.

L
B

I
I

€ 267

V

Vrouwenopvang + Huiselijk geweld (SD CT)
Op de centrummiddelen voor vrouwenopvang en huiselijk geweld resteert een incidenteel voordeel van € 267.000,-. Dit is onder meer te verklaren doordat er minder is uitgegeven aan het actieprogramma Huiselijk Geweld. Acties zijn later van start gegaan. De niet bestede middelen van het actieprogramma 2018 zijn overgeheveld naar 2019. Daarnaast is in 2018 vanwege de overgang naar een andere aanbieder minder uitgegeven aan de crisisdienst Wet Tijdelijk Huisverbod.

L

I

€ 38

V

Licht verstandelijke beperking (SD)
Het voordeel op het budget licht verstandelijke beperking bedraagt € 38.000,-. In 2018 is in mindere mate een beroep gedaan op het budget licht verstandelijke beperking. Afhankelijk van de vraag zijn er ieder jaar meer of minder trajecten nodig. Om deze reden is dit voordeel incidenteel.

L

I

€ 4

V

Onttrekking aan de reserve SD
Het nadelig saldo op de budgetten van het sociaal domein binnen het taakveld Geëscaleerde zorg 18+ wordt, volgens vastgesteld beleid, onttrokken aan de reserve Sociaal Domein.

R

I

€ 305

N

Storting in de reserve SD CT
Het voordelig saldo op de budgetten van het sociaal domein centrumtaken binnen het taakveld Geëscaleerde zorg 18+ wordt, volgens vastgesteld beleid, gestort in de reserve Sociaal Domein centrumtaken.

R

I

Volks-gezondheid

€ 31

V

Gezondheidsdienst/collectieve preventie (SD)
Het incidentele voordeel van € 31.000 op volksgezondheid is grotendeels te verklaren doordat de kosten voor het variabele deel van het basistakenpakket lager zijn dan de prognose van de GGD.

L

I

€ 52

N

Storting in de reserve SD
Het voordelig saldo op de budgetten van het sociaal domein binnen het taakveld Volksgezondheid wordt, volgens vastgesteld beleid, gestort in de reserve Sociaal Domein.

R

I